Bij acute persoonlijke verhinderingen dient alles te worden gedaan om de nadelen voor de cliënt zoveel mogelijk te beperken
Het kan altijd gebeuren dat acute (onvoorziene en/of persoonlijke) omstandigheden de kop op steken waardoor een advocaat (op dat moment) niet kan voldoen aan zijn verplichtingen jegens zijn cliënt. In dat geval is het zaak dat de advocaat er alles aan doet om de belangen van zijn cliënt niet (verder) te schaden. De raad van discipline heeft beslist dat de advocaat die een comparitie miste wegens een acute situatie er niet alles aan heeft gedaan om de mogelijke negatieve gevolgen te ondervangen[1]. De advocaat kreeg een waarschuwing, maar ging in beroep.
Voorafgaand aan de zaak informeerde de advocaat haar cliënt dat de zaak moeilijk te winnen is. Desalniettemin werd de zaak aangenomen en na een schriftelijke ronde werd een comparitie ingelast. De comparitie zou om 9.30u in de ochtend plaatsvinden. Vanwege een acuut verslechterde situatie van de schoonvader van de advocaat, heeft zij de nacht voorafgaand aan de zitting doorgebracht in het ziekenhuis. Ze was niet in staat om bij de comparitie te verschijnen, noch om de cliënt te woord te staan. Omdat zij het dossier bij zich had, kon haar kantoorgenoot de zaak niet overnemen. De secretaresse van de advocaat informeerde de rechtbank dat de advocaat wegens ‘ziekte’ verhinderd was en de cliënt dat de zitting in verband met ziekte van de advocaat niet door zou gaan.
De rechtbank nam echter geen genoegen met deze uitleg en liet de comparitie gewoon doorgaan. Wel werd de advocaat de mogelijkheid geboden een akte na comparitie te nemen. De akte kon echter niet voorkomen dat de zaak werd verloren. De cliënt diende hierop een klacht in.
In beroep voert de advocaat aan dat haar cliënte door haar afwezigheid niet is geschaad. Kort samengevat was al op voorhand duidelijk dat de zaak moeilijk zou worden, was de advocaat door een onvoorziene omstandigheid afwezig, heeft de rechter de zaak heropend en bleek uit de inhoudelijke beslissing dat de cliënt door de afwezigheid van de advocaat niet is geschaad.
Het hof van discipline erkent de lastige situatie, maar onderstreept dat wanneer, zoals in deze zaak, een advocaat geconfronteerd wordt met onvoorziene persoonlijke omstandigheden waardoor hij niet zelf in staat is de bijstand te verlenen die hij aan zijn cliënt heeft toegezegd (i.c. het bijwonen van een comparitie en het houden van een voorbespreking voorafgaand aan die comparitie), behoort hij alles in het werk te stellen om de mogelijke negatieve gevolgen voor zijn cliënt te ondervangen[2]. Concreet houdt dat hier in dat de advocaat zelf de cliënt had moeten contacteren en zelf contact had moeten opnemen met de rechtbank. Beide bleken namelijk onvoldoende te zijn geïnformeerd. De advocaat was immers ook in staat om haar secretaresse te bereiken.
De moeilijkheid van de zaak of de inhoud van het vonnis doen hier niet aan af. Het gaat immers om de verplichtingen die de advocaat op grond van de Advocatenwet heeft. Uit deze beslissing volgt dat een van die verplichtingen inhoudt dat de advocaat er alles aan moet hebben gedaan om negatieve gevolgen van eigen verhinderingen te voorkomen.
Door Benjamin Bijl
[1] Raad van discipline Amsterdam 2 juni 2017, ECLI_NL_TADRAMS_2017_133.
[2] Hof van discipline 5 februari 2018, zaak 170186.