Deel 5: Vereniging JIRA

In onze serie over specialisatieverenigingen dit maal een gesprek met Marinela Vieira, voorzitter de vereniging voor Jonge Insolventierecht Advocaten (JIRA). Vereniging JIRA is opgericht in september 2010 door Erik Jansen (Poelmann van den Broek), Artjan de Putter (Certus advocaten) en Francisca Andries. De vereniging hanteert geen opleidingsvereisten en is laagdrempelig.

Tekst: Yvette Kouwenberg en Victor van Campen

Waarom is de Vereniging JIRA opgericht?
‘JIRA brengt jonge advocaten die gespecialiseerd zijn of willen worden op het terrein van het insolventierecht in contact. Via opleidingsactiviteiten en netwerkbijeenkomsten wisselen zij kennis uit en delen zij ervaringen. Gelet op haar doel wil JIRA toegankelijk zijn voor haar doelgroep en staat zij open voor advocaten die affiniteit hebben met het insolventierecht en zeven jaar of minder op het tableau zijn ingeschreven.
‘Een belangrijke reden voor de oprichting van JIRA is het bieden van een waardig alternatief voor jonge insolventierechtadvocaten die nog niet in aanmerking komen voor lidmaatschap van specialisatievereniging INSOLAD (Vereniging Insolventierecht Advocaten). Daarvoor dient een advocaat immers onder andere de INSOLAD/Grotius-specialisatieopleiding met goed gevolg te hebben afgerond en tenminste zeven ervaringsjaren als advocaat te hebben. JIRA is overigens na overleg met het bestuur van INSOLAD opgericht en beide verenigingen onderhouden goed contact met elkaar.
‘JIRA hanteert geen opleidings- of ervaringsvereiste. Daarmee willen we een laagdrempelige mogelijkheid bieden aan jonge advocaten om hun kennis en deskundigheid te vergroten en hun netwerk uit te bouwen. Zo verzorgt JIRA juridisch inhoudelijke lezingen door gerenommeerde sprekers uit de wetenschap en de praktijk, met aansluitende borrels op bijzondere locaties waar leden elkaar kunnen ontmoeten.’

De juridische lezingen van de JIRA worden goed bezocht.

 

Hoe heeft de specialisatievereniging zich ontwikkeld en hoe vaak per jaar komen leden bijeen?
‘Vanaf de oprichting is het aantal leden sterk toegenomen. De laatste jaren ligt dat rond 200 en 225 leden, verspreid over het hele land. Aanvankelijk werden zo’n drie à vier lezingen per jaar georganiseerd, inmiddels is dat opgeschroefd naar vijf lezingen per jaar op verschillende locaties.
‘Naast het organiseren van insolventierechtgerelateerde lezingen en het samenbrengen van jonge insolventierechtadvocaten, hebben we in het afgelopen anderhalf jaar ook geïnvesteerd in een andere manier om de belangen van onze achterban te behartigen. JIRA heeft zich ontwikkeld als gesprekspartner van verschillende partijen in het insolventierecht.’.

Waaruit bestaan de voornaamste werkzaamheden van de JIRA? Wat is op dit moment het speerpunt van het bestuur?
‘JIRA organiseert vijf insolventierechtgerelateerde lezingen per jaar. Na afloop van de lezing is er altijd een goedbezochte borrel waar leden elkaar kunnen ontmoeten en nadere vragen kunnen stellen aan de spreker. De lezingen worden verzorgd door toonaangevende sprekers uit de wetenschap en de praktijk, de onderwerpen zijn afwisselend en de locaties zijn bijzonder, zoals het DAF Museum in Eindhoven of het EYE Filmmuseum in Amsterdam. We streven er als landelijke vereniging naar te variëren in de steden waar we de lezingen houden. In het afgelopen verenigingsjaar waren we bijvoorbeeld te gast in het monumentale Paushuize in Utrecht, de statige De Bazel in Amsterdam en het moderne kantoor van DVDW Advocaten in Rotterdam.
‘Om een beeld te geven van de lezingen en sprekers in het afgelopen verenigingsjaar: prof. mr. Dennis Faber sprak in februari over verrekening, in april gaf de Nijmeegse promovenda mr. Anne Mennens een interactieve lezing over het nieuwe instrument dat met de Wet Homologatie Onderhands Akkoord zal worden geïntroduceerd, cassatieadvocaat mr. Boris Kraaipoel debatteerde in de zomer van 2018 met de leden over de interpretatie van arresten van de Hoge Raad, in september praatte Arie van Eijsden, beleidsmedewerker op het Ministerie van Financiën, de leden bij over het bodem(voor)recht en prof. mr. dr. Frank Verstijlen sloot in november het verenigingsjaar af met een actuele lezing over de beëindiging van wederkerige overeenkomsten in faillissement.
‘Naast het organiseren van lezingen heeft JIRA zich recentelijk ook meer gericht op haar rol van gesprekspartner van belanghebbende, gelieerde partijen in de insolventiewereld. Zo zijn we vanuit het bestuur van JIRA regelmatig betrokken bij de totstandkoming van nieuwe wet- en regelgeving op het gebied van insolventierecht, onder andere door het leveren van input tijdens stakeholdersbijeenkomsten van het ministerie van Justitie & Veiligheid. Verder voeren we als bestuur geregeld overleg met bijvoorbeeld Recofa en INSOLAD over onderwerpen die onze leden aangaan, zoals de salariëring van curatoren, faillissementsfraude en de legeboedelproblematiek. Op deze manier streven we ernaar de belangen van onze leden, de jonge insolventierechtadvocaten, te behartigen door hun belangen voor het voetlicht te brengen bij relevante partijen. Onze indruk is dat de input vanuit de invalshoek van een jonge insolventierechtadvocaat wordt gewaardeerd en daarmee rekening wordt gehouden.’

Hoe vaak rouleren de bestuursleden?
‘JIRA heeft een vierkoppig bestuur bestaande uit voorzitter Marinela Vieira (Houthoff), vicevoorzitter Wouter Vlasveld (La Gro Geelkerken), secretaris Vera Leferink (RESOR) en penningmeester Bob Rikkert (Boels Zanders). De betrokkenheid van de bestuursleden bij de vereniging (alsook van de leden overigens) is groot en het enthousiasme waarmee bestuursleden hun taak uitoefenen evenzeer. Dit maakt dat een bestuurslid meestal pas na drie jaar – noodgedwongen door de statutaire termijn – het bestuur verlaat. Het bestuur wisselt overigens gefaseerd, wat erg prettig is in verband met de continuïteit en voor de overdracht naar de opvolgende bestuursleden.
‘Recent zijn er twee bestuurswissels geweest. Naar verwachting zullen in het voorjaar 2020 twee nieuwe bestuursleden in het bestuur toetreden, omdat dan ikzelf als voorzitter en Wouter Vlasveld als vicevoorzitter inmiddels drie jaar een bestuursfunctie hebben vervuld. Wij hopen uiteraard dat zich enthousiaste jonge advocaten aandienen die ons willen opvolgen.

Hebben oud-(bestuurs)leden nog een rol met betrekking tot de JIRA (bijvoorbeeld in verband met kennisoverdracht aan de jonge garde)?
‘Formeel hebben oud-(bestuurs)leden geen rol met betrekking tot JIRA. Informeel ligt dat iets anders. Met name oud-bestuursleden zijn graag bereid na hun bestuurstermijn als vraagbaak te dienen voor hun opvolgers en houden zich beschikbaar voor overleg en advies, zodat hun opvolgers het wiel niet opnieuw hoeven uit te vinden. Daarvan maken we dan ook graag gebruik.
‘Vaak laten oud-leden ons als bestuur weten dat zij het erg jammer vinden om afscheid te nemen van de vereniging wanneer zij meer dan zeven ervaringsjaren als advocaat hebben en daarom als lid moeten worden uitgeschreven. Het is dan mooi om te zien dat oud-leden vervolgens hun jongere kantoorgenoten stimuleren om lid te worden van JIRA en onze lezingen en borrels bij te wonen.’

Wat zijn volgens u de belangrijkste ontwikkelingen in uw specialisatiegebied waar leden van de JIRA recent mee te maken hebben of wellicht in de nabije toekomst krijgen?
‘Ik merk dat iets waar veel van onze leden tegenaan lopen is dat het in veel arrondissementen lastig is om als jonge advocaat op de curatorenlijst te komen of naar een hogere lijst door te stromen. Voor een deel is dat natuurlijk te verklaren door het feit dat er relatief weinig faillissementen worden uitgesproken in economisch voorspoedige tijden. Hierdoor gaan curatorenlijsten bij sommige rechtbanken “op slot”. Toch is het denk ik – ook voor de toekomst – van groot belang jong talent te (blijven) opleiden en zelfstandig als curator aan de slag te laten gaan. De leden die wel curator zijn, worden vaak benoemd in faillissementen waarbij de boedel weinig tot geen activa bevat. Jonge curatoren hebben hierdoor geregeld te maken met de legeboedelproblematiek.
‘Een ontwikkeling waar leden van JIRA recent mee te maken kunnen hebben is de wettelijke verankering van de fraudebestrijdende taak van de curator. Op basis daarvan heeft de curator mede tot taak faillissementsfraude te signaleren. Verder is er op dit moment wetgeving in de maak waarmee beoogd wordt de positie van werknemers in faillissement te versterken. In beide wetgevingstrajecten is JIRA als stakeholder betrokken (geweest) en hebben we vanuit het bestuur input geleverd.’

Hoe ziet uw specialisatievereniging er over tien jaar uit?
‘Over tien jaar bestaat Vereniging JIRA negentien jaar en maakt zij zich op voor haar vierde lustrum. Dan is JIRA minstens zo’n mooie en actieve vereniging met een stevig ledenbestand, sterke externe profilering en enthousiaste leden en bestuur.’