Het is al jarenlang bar en boos gesteld met de vergoedingen van familierechtzaken op basis van gesubsidieerde rechtsbijstand.
Een toevoegpraktijk in het familierecht is mijns inziens niet langer mogelijk. Al sinds langere tijd heb je een gemengde praktijk nodig om toevoegzaken te kunnen blijven behandelen. Met andere woorden: dankzij de betalende cliënten kunnen we nog (beperkt) toevoegzaken aannemen. Je werkt namelijk ver onder de kostprijs als je op grond van een toevoeging in het familierecht werkt. Uit een eerder onderzoek onder onze specialisatievereniging vFAS bleek dat de gemiddelde vergoeding € 38,- per uur bedroeg, maar de kosten liggen minimaal op het dubbele. Daarvan moet dus kantoor, de secretaresse, op permanente opleiding, bijdrage NOvA etc. etc. betaald worden. Een echtscheiding op tegenspraak met alles erop en eraan komt dan ook bij mij nog zelden voor op toevoegbasis.
Mijn collega’s en ik van Fam. Advocaten hebben dan ook in 2015 gedacht om ons ondernemersplan aan te moeten passen. We hebben op dat moment besloten om als ondernemers te investeren in o.a. de uitstraling van ons kantoor. Ook hebben we daarvoor (we waren al familierecht- en erfrechtspecialisten) en daarna geïnvesteerd in diverse hoogwaardige specialisatieopleidingen en doen we veel aan nevenfuncties, zodat ons profiel cliënten aan zal spreken. Zowel op het juridisch inhoudelijke gebied als op het maatschappelijk betrokken zijn hebben we aldus geïnvesteerd.
Dit lijkt ons te helpen doordat we inmiddels kunnen constateren dat we toevoegzaken selectief kunnen aanvaarden. Bijvoorbeeld in geval van een zeer scheve verhouding bij een echtscheiding, waarbij een cliënt op zogenaamde ‘koude uitsluiting’ is gehuwd en de zeer goed verdienende wederpartij niet bereid is om een deugdelijke partner- en kinderalimentatie te betalen na een huwelijk van 25 jaar.
Maar ook kinderen sta ik regelmatig bij op basis van een toevoeging. Daarbij kan het gaan om kinderen, die al grote tegenslagen in hun jonge leven achter de rug hebben, zoals overleden ouders en een voogd die er met hun geld vandoor is gegaan. Maar ook kinderen die vanwege de vele ruzies niet meer weten hoe met hun ouders om te gaan en uiteindelijk ervoor kiezen om een ouder niet meer te willen zien.
Dit soort schrijnende gevallen, waarbij we onze maatschappelijke betrokkenheid binnen een commerciële wereld als de Zuidas kunnen laten zien, is voor ons kantoor grondslag voor het nog steeds, doch zeer selectief, behandelen van zaken op basis van een toevoeging. Daarbij moet je je bedenken dat je het niet (meer) voor de inkomsten doet.
Hopelijk keert het tij en komt men erachter dat advocaten niet het probleem zijn, maar is het een maatschappelijk verschijnsel dat men vaker gaat scheiden.
Ik ben ervan overtuigd dat een toekomstvisie veel meer zal gaan opleveren. Door nu aandacht aan en budget voor de benodigde kwaliteit van de gespecialiseerde advocatuur te besteden en daarvoor de reële kosten te vergoeden zullen op termijn vele kosten en schade voorkomen worden. Denk aan, besparing van kosten in het kader van arbeidsverzuim, gezondheidszorg, jeugd- en strafrecht en toekomstige procedures op het gebied van familie- en erfrecht.
Maar daarvoor is visie nodig en mijns inziens ontbreekt die momenteel op het gebied van de gesubsidieerde rechtsbijstand.
Door: Dianne Kroezen, familierechtadvocaat en scheidingsmediator