Met de lockdown van de rechtbank komen steeds meer advocatenkantoren in Amsterdam in existentiële nood te verkeren. Hoe kan de financiële schade worden opgevangen? Zijn de maatregelen die minister Dekker heeft afgekondigd om de eerste financiële klappen op te vangen toereikend? Wat zijn de kansen voor een speciaal noodfonds? Hoe kan de rechtbank weer op gang worden gebracht zonder de volksgezondheid in gevaar te brengen? En hoe blijft de kwaliteit van het recht gehandhaafd? Redacteur, René Zwaap praatte namens het ABB bij met deken Evert-Jan Henrichs, advocate Marleen van Geffen, lid van de Raad van de Amsterdamse orde van Advocaten met de portefeuille gefinancierde rechtsbijstand, en Han Jahae, die als lid van de dezelfde raad de strafrechtsector vertegenwoordigt.
Het goede nieuws is: de criminaliteitscijfers dalen significant als gevolg van de Coronacrisis. Het slechte nieuws is: veel advocatenkantoren – vooral, maar niet uitsluitend in de sociale advocatuur – staat het water inmiddels tot aan de lippen als gevolg van het sterk teruggelopen aantal zittingen. De sluiting van het leeuwendeel van de activiteiten van de rechtbank duurt nog tenminste tot 28 april. En wat daarna gebeurt is vooralsnog diffuus.
Projectteam
Han Jahae vertelt dat tal van advocaten gehoor hebben gegeven aan de oproep van de Amsterdamse Orde om feedback te geven aan het projectteam dat binnen de rechtbank Amsterdam werkt aan alternatieven om zoveel mogelijk zaken (inclusief het horen van getuigen) af te doen zonder of met beperkte fysieke aanwezigheid van procesdeelnemers. Jahae houdt namens de orde de vinger aan de pols bij die projectgroep. Jahae: ‘De Amsterdamse orde is gevraagd ideeën te leveren aan het projectteam en aan te geven tegen welke problemen advocaten oplopen. We hebben een oproep gedaan aan onze leden om input te geven en daar zijn behoorlijk veel reacties op binnengekomen, die een breed spectrum aan problemen behandelen. Er zijn problemen met de computerverbindingen, waardoor advocaat en client elkaar niet goed kunnen horen. Inmiddels heeft de rechtbank besloten in te zetten op sterke verbetering van de aanwezige faciliteiten om dit soort ongemak te voorkomen. Er zullen ook meer verbindingen worden gelegd, zodat meer zittingen tegelijkertijd kunnen plaats vinden. Advocaten met piketdienst klagen dat ze lastig vertrouwelijk kunnen bellen met cliënten die in preventieve hechtenis op politiebureaus verblijven. Bovenal staat er enorme druk op de ketel als het gaat om de financiële continuïteit. Veel advocaten in het strafrecht staat het water tot aan de lippen’.
Zorgwekkend
Deken Evert-Jan Henrichs kan dat bevestigen: ‘De aankondiging van de Raad voor de Rechtspraak dat het aantal te behandelen zaken weer wordt uitgebreid, biedt enig perspectief. Steeds meer advocaten geraken, naarmate de sluiting van de rechtbank voortduurt, in existentiële problemen. De situatie is zorgwekkend en dat maakt het belang dat de rechtbank weer wordt opgestart extra groot. Zeker voor zaken met een dringend belang bij de cliënten. Denk aan zaken met voorlopige hechtenis, of met een ander spoedeisend belang, zoals huiszoekingen. Bij het overleg over de voorwaarden van zo’n herstart wordt de Orde gelukkig gezien als een belangrijke partner. Voorwaarde is natuurlijk dat de gezondheid van alle deelnemers niet in gevaar komt en het afstandscriterium van minstens anderhalve meter wordt gehandhaafd. Daarvoor zijn er ideeën geopperd om wanden van plexiglas aan te brengen in de rechtbank’.
Sigaar uit eigen doos
Marleen van Geffen wijst erop dat in de gefinancierde rechtsbijstand voor menig kantoor al sprake is van alarmfase één. De maatregelen die tot nog toe zijn afgekondigd hebben vooralsnog niet tot brede opluchting mogen leiden. Marleen van Geffen: ‘Minister Dekker voor Rechtsbescherming heeft in samenspraak met de Raad voor Rechtsbijstand en de Nederlandse Orde van Advocaten drie maatregelen genomen die bedoeld zijn om de zaak meer lucht te geven. Zo is er nu een bijzondere voorschotregeling afgekondigd, waarbij een voorschot van 50 procent kan worden verstrekt op basis van het aantal in september tot en met december 2019 afgegeven toevoegingen. Dit voorschot moet vanaf 1 januari 2021 in vier maandelijkse termijnen worden terugbetaald.. Eventueel kan de Raad voor Rechtsbijstand bepalen dat er een suppletoir voorschot wordt aangeboden, of de verrekening over een langere termijn verspreid wordt. Dit gebeurt alleen als “in algemene zin de impact van de COVID-19 crisis op het rechtsbestel zeer ingrijpend wijzigt”. Vanuit de advocatuur is niet erg enthousiast op deze regelingen gereageerd. Het wordt toch vooral beschouwd als een sigaar uit eigen doos. Het grote probleem is uiteindelijk de (forse) terugloop van zaken en dus een groot omzetverlies in een situatie waarin sociale kantoren het al moeilijk hebben. Waaruit moet dan straks het voorschot worden terugbetaald? Verhoging van de vergoedingen voor de gefinancierde rechtsbijstand was al punt van gesprek en de voorstellen van de commissie van Herman van der Meer dienaangaande hebben door de Corocrisis nog meer aan urgentie gewonnen’.
Declaratie verruimd
Evert-Jan Henrichs: ‘Daarnaast heeft de raad voor rechtsbijstand de declaratiemogelijkheden in extra urenzaken verruimd. Tussentijds declareren is nu ook mogelijk. Nieuw is ook dat er een zittingstoeslag verleend wordt voor tweede behandelingen die schriftelijk of via audio/videoverbinding worden behandeld. Dit beleid geldt met terugwerkende kracht vanaf 16 maart 2020 tot nader order voor álle rechtsgebieden. Ook de vergoeding in vreemdelingenbewaringszaken wordt niet gekort als de behandeling schriftelijk wordt afgedaan waar normaal gesproken een zitting zou plaatsvinden’.
Han Jahae wijst op een aantal andere effecten van de Coronacrisis die economische gevolgen voor de advocatuur hebben. Jahae: ‘Doordat de criminaliteitscijfers kelderen neemt het aantal piketmeldingen af. Dat betekent minder omzet. Daarnaast wordt een bepaald type zaken als niet urgent beschouwd. Daar vinden dan ook geen werkzaamheden in plaats. Zo worden in fraudezaken momenteel nauwelijks verhoren gepland, niet op de rechtbank maar ook niet door de FIOD. Ook dat drukt sterk op de omzet van strafrechtadvocaten’.
Marleen van Geffen: ‘Je moet in iedere zaak de afweging maken of die zonder zitting kan worden afgedaan. Dat moet je in samenspraak met je cliënt doen. Daarbij speelt ook het persoonlijk belang van de cliënt een rol om zijn/haar verhaal voor de rechter te mogen doen en om gehoord te worden door de rechter. Veel cliënten hechten daar (grote) waarde aan’.
Wat Han Jahae betreft vraagt de huidige crisis vooral inventiviteit en efficiëntie. ‘Er zijn zaken die telefonisch kunnen worden afgedaan, anderen lenen zich daar weer veel minder voor’.
Evert-Jan Henrichs houdt goede hoop op de totstandkoming van een noodfonds om de klappen in de omzet op te vangen. Hij signaleert ook tal van andere knelpunten. ‘Het aantal toevoegingszaken is veel te mager waardoor stagiaires in de problemen komen’.
Meer overleg
Marleen van Geffen: ‘Er vindt opnieuw overleg plaats tussen de NOvA en het ministerie van J en V. Op de agenda staat dan onder meer de oproep van de Orde om over te gaan tot de instelling van een noodfonds voor sociaal advocaten, die onevenredig hard getroffen worden door de Coronacrisis. Zo’n fonds is keihard nodig. Sociaal advocaten zijn voor het grootste deel van hun omzet afhankelijk van toevoegvergoedingen en hebben als gevolg van de al jaren veel te lage vergoedingen al geen vlees op de botten meer. Als er nu niets gebeurt, voorzie ik dat er kantoren gaan omvallen en dat er dan binnenkort een groot tekort zal zijn aan sociaal advocaten die minvermogende rechtzoekenden kunnen bijstaan, een probleem dat zich als gevolg van de te lage vergoedingen nu al in het familierecht voordoet’.
Dat er veel mogelijk is qua online samenkomsten bewees de Amsterdamse Orde overigens zelf twee weken geleden met de jaarvergadering, die via een online webinar succesvol werd gehouden. Deken Henrichs: ‘Het speelde zich af in een RTL 4-Boulevard-achtige setting, waaraan de deelnemers online konden deelnemen. Alle benoemingen en besluiten konden worden genomen. Protest bleef beperkt tot één persoon’.
.