De Olympische Winterspelen hadden dit jaar een bijzonder karakter: niet alleen door de COVID-19 pandemie, maar ook omdat er veel aandacht was voor sociale en maatschappelijke problemen in gastland China. Zo hebben verschillende landen géén officiële delegatie naar Beijing gestuurd. Met deze boycot gaven bijvoorbeeld de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Canada een signaal af tegen de mensenrechtenschendingen die plaatsvinden in onder andere de westelijke provincie Xinjiang. Daar zijn naar schatting bijna één miljoen Oeigoeren in detentiekampen opgesloten. Nederland durfde een boycot niet aan. De Nederlandse delegatie was afwezig omdat er geen Nederlands publiek bij de Spelen mag zijn, zo luidt de officiële verklaring van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

Tekst: Advocaten uit de focusgroep China van Lawyers for Lawyers

Het is goed dat een groot internationaal evenement als de Olympische Winterspelen niet alléén wordt gebruikt om een schoongepoetst verhaal over het gastland te vertellen. De vraag is wel of die bijzondere aandacht voor mensenrechtenproblemen in China na de Spelen aanhoudt. Bovendien is er in China ook buiten gebieden als Xinjiang en Tibet veel mis. De afgelopen jaren laten een ontluisterend beeld zien van toegenomen onderdrukking van het maatschappelijk middenveld in heel China en inmiddels ook Hong Kong. Daar zijn in het bijzonder ook advocaten die zich inzetten voor de mensenrechten van hun medeburgers het slachtoffer van. Zij worden op grote schaal opgepakt en zonder eerlijk proces gevangengezet. Ook pakt de overheid regelmatig licenties af van advocaten die zich uitspreken. In een land zonder onafhankelijke rechtspraak komt zo de positie van overheid-kritische Chinezen en hun advocaten steeds meer onder druk te staan.

Crackdowns

Zo zit de bekende mensenrechtenadvocate Li Yuhan na haar arrestatie in 2017 nog altijd vast in afwachting van een rechterlijke uitspraak. Zij verdedigde onder meer mede-advocaten en vroeg actief aandacht voor excessief politiegeweld. Het kwam haar te staan op een aanklacht vanwege ruzie zoeken, problemen uitlokken en fraude. Strafeis: vijf tot zes jaar. Li’s verdediging tegen deze toch al vage aanklacht wordt bemoeilijkt doordat de advocatenlicentie van een van haar advocaten is afgepakt en vervangers door de autoriteiten worden geweerd. De rechter zet haar ondertussen onder druk haar ‘misdaden’ toe te geven.

Li’s geval staat niet op zichzelf. De Chinese overheid schuwde de afgelopen jaren grote politieacties tegen mensenrechtenactivisten en –advocaten niet. In 2015 en 2019 werden honderden mensen opgepakt in zogenoemde crackdowns. Velen van hen wachten nog altijd op een aanklacht; anderen voeren een ongelijke strijd voor de rechter of zitten in erbarmelijke omstandigheden hun straf uit. Intussen sluit het net zich ook rond mensenrechtenadvocaten in Hong Kong, waar sinds 2020 een nieuwe ‘nationale veiligheidswet’ geldt waarmee de overheid in Beijing voorstanders van de democratie in Hong Kong vervolgt.

Ook na de Spelen aandacht voor mensenrechtensituatie

Steeds vaker wordt het beeld bevestigd dat de Chinese overheid geen enkel respect heeft voor (mensenrechten)advocaten. Arrestaties van advocaten die slechts hun werk doen zijn schering en inslag en dat zal  zonder internationale politieke en economische druk ook zo blijven. De media-aandacht voor de Spelen bood een uitgelezen mogelijkheid om aandacht te eisen voor deze mensenrechtenschendingen. Om de ogen ook op China gericht te houden nu het  Olympisch vuur is gedoofd, is moed nodig van ons kabinet en bedrijfsleven. De situatie in Xinjiang verdient daarbij absoluut de aandacht. Maar willen gedetineerde Oeigoeren een kans hebben op een eerlijk proces, dan is een basisvoorwaarde dat hun advocaten hun werk kunnen doen. Het is dus noodzaak dat men niet vergeet dat, in het land waar onze schaatsers hun gouden medailles omgehangen kregen, de mensenrechtenadvocaten voor hun moed en doorzettingsvermogen worden beloond met ijzeren tralies. Lawyers for Lawyers zal zich blijven uitspreken over de situatie van de Chinese mensenrechtenadvocaten, ook na het doven van de Olympische vlam, en roept de Nederlandse overheid op om dit ook te doen.