De sancties die de EU oplegt aan Russische en Belarussische ondernemingen en individuen leiden tot paniek bij Nederlandse bedrijven. Yvo Amar, partner bij BenninkAmar Advocaten, gespecialiseerd in sanctierecht en exportcontrole, vertelt dat zijn kantoor dagelijks wordt gebeld met vragen over leveringen aan Rusland en Belarus. “Als bedrijf moet je kunnen aantonen dat je zoveel als redelijkerwijs mogelijk is hebt gedaan om te onderzoeken of een transactie al dan niet is toegestaan. Wij staan die bedrijven daarin bij.”
Tekst: Martin van Duijn
Nog deze week wees de deken van de orde Evert Jan Henrichs er in een nieuwsbrief op, dat de advocatuur ‘uiterst waakzaam’ moet zijn bij het aanvaarden van nieuwe opdrachten of het voortzetten van bestaande opdrachten op pogingen om de sancties tegen de Russische Federatie en Belarus te omzeilen. Yvo Amar merkt dat er in het bedrijfsleven veel vragen zijn of producten of diensten nog mogen worden geleverd aan klanten in Rusland en Belarus, maar ook over de vraag of zij hun geld nog wel kunnen ontvangen nu deze landen uit het internationale betaalsysteem SWIFT zijn verwijderd. Of dat zij zelf nog kunnen betalen aan Russische leveranciers. Het betreft vaak agrarische producten, machines, medicijnen en producten en diensten in de energiesector. Amar: “Ik had vandaag nog iemand aan de lijn van een Nederlandse onderneming met een Russische eigenaar, en die bovendien vreest voor het uitblijven van de betalingen. Het bedrijf dreigt om te vallen. Dat wordt nu echt een probleem, want het gaat om veel meer bedrijven die nu als gevolg van de sancties in betalingsproblemen dreigen te komen.”
Inspanningsverplichting
De sanctieregelgeving is in beginsel van toepassing op iedereen met een EU-nationaliteit en op alle Europese entiteiten. In transacties met de Russische Federatie en Belarus moet steeds worden nagegaan of betrokken personen en ondernemingen op de Europese sanctielijsten voorkomen. Dat kan onder meer via de EU Sanctions Map en de website van de Rijksoverheid. “Probleem is dat er geen eenduidig register bestaat waar je direct kunt zien wat nog wel en niet is toegestaan,” vertelt Amar. “Je moet alles toetsen aan de Europese sanctieverordeningen en de bijbehorende sanctielijsten. Daarbij moet je onderzoeken of een Russisch of Belarussisch bedrijf bijvoorbeeld eigendom is van een persoon die op de sanctielijsten staat. Dat is natuurlijk niet eenvoudig en zeker niet altijd even duidelijk. Informatie lokaal opvragen bij Russische kamers van koophandel is niet altijd realistisch. Je moet het in elk geval aan de klant vragen, maar je kunt bijvoorbeeld ook proberen via Google informatie op te sporen, en gelukkig hebben wij zelf ook specifieke software, waar we veel informatie uit kunnen halen. Maar de tentakels van oligarchen kunnen lang zijn, en je weet nooit waar je op een stroman bent gestuit. Als bedrijf moet je kunnen aantonen dat je je huiswerk hebt gedaan, je moet gewoon zoveel mogelijk doen als redelijkerwijs mogelijk is. Het is geen resultaatverplichting, maar wel een vergaande inspanningsverplichting.”
Moreel aanvaardbaar
Een andere opgave vormen de bedrijven die zowel met Rusland of Belarus als met de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk zakelijke betrekkingen hebben. Deze twee landen en de EU coördineren weliswaar zoveel mogelijk de strafmaatregelen, maar er zijn wel verschillen. “Wij werken daarom veel samen met kantoren in die landen, hoewel wij ook zelf wel over de nodig kennis beschikken over de door deze landen afgekondigde sancties,” aldus Amar. De deken waarschuwde er deze week ook voor dat door het sanctiebeleid getroffen partijen op zoek kunnen zijn naar andere kantoren om hun belangen te behartigen. Yvo Amar merkt dat het niet alleen in ons land gevestigde bedrijven zijn die aankloppen bij BenninkAmar. “Wij worden ook veel benaderd door Russische advocatenkantoren, die ons vragen of wij de belangen van hun cliënten kunnen behartigen. Dat gebeurt bijvoorbeeld nu omdat Amerikaanse kantoren vrijwel allemaal de Russische kantoren in de ban hebben gedaan. Maar wij willen natuurlijk wel weten met wie wij te maken hebben. Wij bekijken zulke verzoeken allemaal of die niet in strijd zijn met de sancties, maar ook of wij het moreel aanvaardbaar vinden om op zo’n verzoek in te gaan. En verzoeken om de sanctiemaatregel helpen te ontwijken worden vanzelfsprekend niet gehonoreerd.”