Onze stad wordt 1 januari 2017 een speciale instantie rijker. De Raad voor de Rechtspraak streeft er namelijk naar om per die datum de Commercial Court te openen. Commerciële partijen kunnen hier hun grote (inter)nationale handelsconflicten aanhangig maken teneinde te worden beslecht, waarbij partijen ervoor kunnen kiezen om in het Engels te procederen. Zowel de zaken in eerste aanleg als in hoger beroep worden in Amsterdam afgedaan.
De Raad voor de rechtspraak heeft haar plannen voor een Commercial Court in januari 2016 afgerond, welke plannen reeds op 11 september 2014 door de Raad bij monde van voorzitter Bakker zijn benoemd. Ter onderbouwing van dit initiatief werd destijds door Bakker in zijn toespraak tijdens de dag van de rechtspraak betoogd dat goede rechtspraak bepalend is voor het vestigings- en ondernemingsklimaat in een land. Met andere woorden zou het onze economie ten goede komen als het bedrijfsleven hun handelsconflicten in Nederland zou kunnen beslechten. Het initiatief is dan ook een antwoord op de vraag vanuit het bedrijfsleven naar gespecialiseerde rechtspraak op het gebied van het handelsrecht. Middels deze vorm van geschillenbeslechting zouden grote en internationale handelsgeschillen sneller kunnen worden afgedaan. Veel commerciële bedrijven kiezen er op dit moment voor om hun geschillen voor te leggen aan een Commercial Court in het buitenland, aangezien zij dergelijke conflicten liever niet aanhangig maken bij de reguliere handelssectie van de rechtbank.
De Commercial Court is volledig zelfvoorzienend vanwege de kostendekkende tarieven die partijen moeten betalen. In januari 2016 was op de website van rechtspraak.nl te lezen dat de verwachting is dat er jaarlijks ongeveer 100 geschillen in eerste aanleg worden behandeld en 25 in hoger beroep.
Door: Lara Smeets