Zojuist aangekomen in ons familiehuis in het zuiden van Frankrijk kijk ik uit naar de bergtoppen, die de afgelopen veertig jaar dat wij dit huis in bezit hebben, niet zijn gewijzigd. Ik realiseer mij plots dat de eerste ronde van de voetbalcompetitie is gespeeld. Bijzonder. Kort geleden was nog niet duidelijk hoe de Eredivisie en de Jupiler League precies zouden zijn samengesteld en of het eerste competitieweekend wel doorgang zou kunnen vinden vanwege de perikelen rond FC Twente en De Graafschap. Eerst heb ik namens de KNVB in kort geding mogen verdedigen dat het besluit van de Licentiecommissie om FC Twente de licentie voor de Eredivisie te ontnemen in rechte stand dient te houden. Kort daarna mocht ik evenzeer in kort geding verdedigen dat de Beroepscommissie, die FC Twente alsnog toestond om in de Eredivisie te spelen, als gevolg waarvan er voor De Graafschap geen plaats is, het bij het rechte eind had. Inmiddels rolt de bal weer, twee kort gedingen verder.

Breaking news: Yuri Van Gelder is uit TeamNL verwijderd en op het vliegtuig richting Amsterdam gezet. Omdat ik bij de vrienden van de media in de kaartenbak zit bij de S van Sportrecht verwacht ik dat men wel gaat bellen. Ik kijk op internet alvast naar de Atletenovereenkomst die alle Olympiërs voor uitzending moeten ondertekenen. Trouw en het Parool zijn de eerste en ik leg hen de rechten en verplichtingen uit die in de overeenkomst staan vermeld. Verder heerlijk ontspannen, eerst onze dagelijkse hardloopronde van 5.2 kilometer door de bergen, daarna zwemmen en verder lezen in het boek over de geschiedenis van Vrij Nederland. D. stelt aan het einde van de dag voor om nog een stevige wandeling te maken om daarmee de borrel en het diner te verdienen. Goed plan.

Om 22.30 uur belt NOC*NSF of ik over Yuri heb gelezen en of ik beschikbaar ben voor overleg en advies. Ik antwoord twee keer bevestigend. We spreken af dat ik stukken krijg (veel zijn het er nog niet) en dat we de volgende ochtend verder zullen spreken. In verband met het tijdsverschil met Rio komt de eerste concrete informatie pas in de loop van de middag beschikbaar. Inmiddels heeft zich wel een advocaat namens Yuri gemeld. Zal het een kort geding worden, vraagt D. Zij is wel gewend dat verblijven in het buitenland worden onderbroken voor het voeren van een kort gedingprocedure. Ik zeg naar waarheid dat ik het niet weet, maar kijk wel alvast met welke vlucht ik het snelst weer in Amsterdam ben.

Ja hoor, kort geding is vastgesteld vrijdag 11.15 uur. D. rijdt mij donderdagochtend naar het vliegveld. Ik lees e-mails en toegezonden documenten op de iPad en voer enkele telefoongesprekken. Ik geef antwoord op vragen van D. die zij niet stelt en andersom. Ben gefocust en weet dat ik onmiddellijk naar kantoor moet om pleitnotities voor te bereiden. In Rio was het een ieder inmiddels duidelijk dat ik verklaringen wilde hebben van wat er nu precies is gebeurd en wie wat heeft gezegd. De samenwerking met de vrienden van NOC*NSF is perfect. Ik dicteer het eerste concept voor pleitnotities. Soms is het in één keer goed, nu zeker niet. Het neemt wel even tijd om het toch goed op papier te krijgen. De verklaringen uit Rio druppelen binnen. Marianne, die bereid is mij die avond als waarnemend secretaresse bij te staan, blijft koel en laat mij bij herhaling weten dat het haar niet uitmaakt hoe laat het wordt. Op mijn verzoek kijken ook de juristen van NOC*NSF naar de pleitnotities en hebben waardevolle opmerkingen. ’s Nachts om 2 uur thuis terug in Den Haag. Pleitnotities in vijftienvoud in de tas. Kan niet meteen de slaap vatten en drink nog een glas wijn.

Rond half 11 kom ik bij de rechtbank Arnhem aan. Het lijkt wel een belegerde vesting door media, cameraploegen, fotografen en veel publiek. Het is een worsteling om binnen te komen. Er lijkt op dit moment in Nederland geen ander probleem belangrijker dan of Van Gelder in de finale in de ringen mag hangen.

Drie uur later is de zaak klaar. De rechter doet om half 4 uitspraak. Precies op dat tijdstip word ik gebeld: vorderingen van Van Gelder afgewezen. Opluchting in Papendal en Rio.
Ik ga naar huis en bezoek nog even mijn 86-jarige moeder die met haar fiets gevallen is. Ze heeft het allemaal op haar iPad gevolgd en geeft mij op haar manier haar commentaar.

Volgende ochtend vroeg weer teruggevlogen naar Montpellier. D. zegt terecht: ik heb heen gereden, jij terug. Dat heb ik geweten: het is zwarte zaterdag en we belanden in de file.

Na iets meer dan 48 uur terug in ons familiehuis. Ik heb D. plechtig beloofd dat het de komende week rustig zal blijven. ’s Avonds belt Rob J. om 22.00 uur en vraagt of ik maandag in Istanbul aanwezig kan zijn. Dick Advocaat gaat tekenen bij Fenerbahçe. Ik leg Rob J. uit hoe we het misschien anders kunnen doen. Ik vertel D. over het telefoongesprek met Rob, die zij ook goed kent, en zeg haar dat ik niet naar Istanbul ga. Ze kent mij en zegt: als het moet en je wilt, ga gerust. Ik schenk voor ons beide een glas wijn in en proost op Rio. Morgenochtend weer gewoon hardlopen.