In deze rubriek worden advocaten die 40 jaar in het vak zitten in het zonnetje gezet. Deze keer:
1. Waarom heeft u destijds voor de advocatuur gekozen?
Ik was voordat ik advocaat werd activist, een keuze voor de sociale rechtshulp lag voor de hand, hoewel ik niets met rechtswinkels had.
Ik viel met mijn neus in de boter, de krakersopstand in de Vondelstraat brak uit in maart 1980, ik was de advocaat van Nanda, de kraakster wier vrijlating werd geëist: huizenhoge barricades werden opgeworpen, tanks reden door de straten van Amsterdam, de politie dreigde op demonstranten te schieten. De rechtstaat trilde op de haar grondvesten, dat spanningsveld was mijn vuurdoop als advocaat, waarbij ik in die jaren ook zelf onder vuur kwam te liggen :arrestatie van het hele kantoor (vier advocaten, en twee mede werkers vanwege het ophangen van een ludiek affiche) aftappen van telefoons, leeghalen van vuilniszakken, fysieke verwijdering uit politieburo’s, intimiderende achtervolgingen in de privé tijd etc……
2. Welke zaak is u het meest bijgebleven?
De zaak Hans Kok ,een kraker die in oktober 1985 overleed op het Hoofdbureau in Amsterdam. Het heeft mij twee jaar gekost de waarheid boven water te krijgen en de voor zijn dood verantwoordelijke hulp officier van justitie voor het gerecht te slepen. Het ene kort geding volgde het andere op.. Het Amsterdamse parket werd onder directe curatele gesteld van minister van justitie, mr. Korthals Altes, die persoonlijk de leiding nam van het gerechtelijk vooronderzoek.
3. Wat is de belangrijkste verandering geweest in de tijd dat u advocaat bent?
Het teloor gaan van de gefinancierde rechtshulp, die slechts heel kort (medio jaren zeventig tot eind jaren tachtig ) heeft bestaan in een vorm die aan dat begrip recht doet : een door de staat mogelijk gemaakte toegang tot de rechter voor de niet gefortuneerde bevolkingsgroepen.
We worden nu geconfronteerd met het slotakkoord middels het voorstel van de commissie Wolfson die de eerstelijnsrechtshulp door advocaten wil afschaffen.
4. Vindt u dat de overheid voldoende rekening houdt met het vak van de advocaat?
Aan de ene kant is het een paradijselijk milieu waarin de strafadvocaat consultatie- en verhoorbijstand aan zijn straf cliënten kan verlenen i.p.v. de krakersbehandeling die mij ten deel viel in de jaren tachtig, aan andere kant is er de negatie van de advocaat door iemand als Wolfson, die vindt dat het recht van arme mensen wel bij HBO-ers in goede handen is, waardoor slechts de superrijken het recht krijgen om het de overheid lastig te maken.
5. Wat vindt u het leukst aan uw vak? Indien u het allemaal overnieuw zou mogen doen, zou u dan een ander beroep hebben gekozen?
Het leukste van mijn vak vind ik dat je aan niemand anders dan je cliënt verantwoording schuldig bent, in mijn geval verdachten van strafbare feiten en slachtoffers van letselschades.
Daarnaast weet je als geen ander publiek persoon (in geval je de advocaat als een van de pijlers van de rechtsstaat beschouwt) wat er in de samenleving speelt : je bent dagelijks getuige van de noden van de mensen waar de hardste klappen vallen.
Dat zijn de redenen dat ik nooit voor een ander beroep zou willen kiezen, ik wil niet buiten de maatschappij staan, zoals politici, wetenschappers, zakenlieden.
6. Heeft u nog tips voor (jonge) advocaten?
Jonge advocaten hebben het moeilijker dan ik.
De sociale advocatuur werd gedragen door een brede maatschappelijke beweging. Die bestaat niet meer, het gevoel te staan voor rechtvaardigheid moet je nu helemaal uit jezelf halen.
Ik zou willen zeggen : probeer het toch, het maakt het leven zo leeg als je het vak van advocaat alleen beschouwt als een manier om rijk te worden.
7. Er is veel te doen over de pensioenleeftijd; wat vind u de ideale pensioenleeftijd voor een advocaat?
Dat moet een ieder voor zichzelf uitmaken. Ik ga in ieder geval nog even door. Ik vind het allemaal nog veel te spannend.
* * *