Flexibilsering van de arbeidsmarkt is al jarenlang een veelbesproken onderwerp. Voorafgaand aan de invoering van de Wet Flexibiliteit en Zekerheid (“Wfz”) in 1999 uitte de Stichting van de Arbeid de vrees ‘dat er in de toekomst naast een harde kern van vaste werknemers, een groeiend legertjes van arbeidsnomaden zou ontstaan, bestaande uit mensen die doorlopend van de ene tijdelijke baan naar de andere onderweg zou zijn, met alle onzekerheden van dien’.
Door: Tessa Bakker
Of de door de Stichting van de Arbeid gesignaleerde vrees voor – ongewenste – onzekerheden terecht was is niet gemakkelijk te beantwoorden. Een groot deel van de werknemers en zelfstandigen lijkt een flexibel contract juist aantrekkelijk te vinden. De flexibele schil in Nederland is de afgelopen decennia sneller gegroeid dan in andere landen. Binnen de Europese Unie hebben alleen Spanje, Portugal en Polen meer tijdelijke contracten. De flexibele schil is in Nederland gegroeid van 19,5% in 2001 tot 26,1% in 2012. Er is duidelijk sprake van een structurele ontwikkeling. Het aantal zzp’ers is aanzienlijk gestegen. Hierdoor is het langdurig verblijf in de flexibele schil toegenomen.(1)
Waarde
Bij de invoering van de Wet Werk en Zekerheid (“Wwz”) per 1 januari 2015 en ten aanzien van het ontslagrecht per 1 juli 2015 was flexibiliteit opnieuw een belangrijk thema. In de memorie van toelichting bij de Wwz is opgenomen dat ‘flexibiliteit van grote waarde is voor zowel werkgevers als werknemers. Werkgevers moeten hun personeelsbestand soepel kunnen aanpassen aan onzekere ontwikkelingen in hun afzetmarkt en orderportefeuille. En werknemers willen hun werkende bestaan soepel combineren met hun privéleven. Interne flexibiliteit en de inzet van flexibele contracten maken dit mogelijk’. Eén van de doelen van de invoering van de Wwz is de balans tussen vast en flexibel werk te herstellen.
Schil
Ook binnen de advocatuur is het begrip ‘flexibele schil’ steeds meer ingeburgerd. In maart 2015 schreef Advocatie over de opmars van de flexibele schil bij advocatenkantoren.(2) Het gaat dan om een externe flexibele schil met zelfstandig werkende advocaten, ‘die kantoren in staat stelt snel grote hoeveelheden werk te verzetten of specialismen aan te bieden die zich niet in eigen huis bevinden’. In het artikel licht de managing partner van De Brauw Blackstone Westbroek de invoering van de flexibele schil als volgt toe: “We kampen geregeld met enorme pieken in het werk, zodat we plotseling enorm veel extra mankracht nodig hebben omdat ons personeel zulke pieken niet op kan vangen. Daarnaast stelt de flexpool ons in staat bepaalde werkzaamheden efficiënter en goedkoper te leveren aan onze cliënten”. Bij meerdere kantoren is een externe flexibele schil ingericht om op die manier de benodigde en gewenste externe specialisten in te kunnen schakelen. Zo werkt men bij Allen & Overy met Peerpoint, een pool die veelal uit alumni bestaat, die – indien nodig – op projectbasis worden opgeroepen. En ook de kantoren Rutgers & Posch en NautaDutilh maken gebruik van een eigen externe flexpool.
Intern
Een relatief nieuwere ontwikkeling is de inrichting van een interne flexibele schil binnen (de grotere) advocatenkantoren. Deze interne flexibele schil bestaat uit eigen professionals die binnen een ander team kunnen worden ingezet voor het opvangen van piekwerkzaamheden of ter verbreding van hun kennis en ervaring. Zo heeft bijvoorbeeld Van Doorne een interne flexibele schil ingericht. Per praktijkgroep wordt een flexibele schil ingericht met medewerkers van Van Doorne die hebben aangegeven affiniteit te hebben met een ander rechtsgebied.
Een ‘regisseur flexinzet’ is aangesteld, die naast het werk als advocaat verantwoordelijk is voor de interne flexibele schil. ‘Het idee is dat er eerst gebruik wordt gemaakt van de kennis die wij al in huis hebben, voordat eventueel externe professionals worden ingeschakeld voor de opvang van piekwerkzaamheden. Maar daarnaast zien wij zeker ook een meerwaarde voor de eigen ontwikkeling van onze advocaten. Het kan voor een arbeidsrechtadvocaat interessant en nuttig zijn om bijvoorbeeld eens een bestuurdersaansprakelijkheidszaak te doen. Deze kennis kan vervolgens van pas komen als de arbeidsrechtadvocaat een bestuurder bij staat in een ontslagzaak, waarbij het functioneren van de bestuurder ter discussie staat. Daarnaast verwachten wij dat het de samenwerking binnen kantoor zal versterken’, aldus de regisseur flexinzet.
Wisseling
Een interne flexibele schil kan voor de grotere kantoren ook interessant zijn omdat bij de meeste grotere kantoren de advocaten-stagiaires op de helft van hun stage van praktijkgroep wisselen. Vervolgens maken zij een keuze bij welke praktijkgroep zij hun verdere carrière willen voortzetten. ‘Juist advocaten die net zijn gewisseld of na hun stage een definitieve keuze hebben gemaakt voor een praktijkgroep zijn enthousiast over de flexibele schil. Deze advocaten kunnen vrij eenvoudig worden ingezet voor werk van de praktijkgroep waar zij eerder hebben gewerkt, omdat zij al over de benodigde kennis beschikken. Voor de medewerker is het leuk om af en toe nog eens met zijn of haar oude team aan een zaak te werken die ziet op een ander rechtsgebied’.
1 Memorie van toelichting Wwz, Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 818, nr. 3.
2 Flexpool of Peerpoint: belang flexibele schil groeit voor grote kantoren, door Joris Riebroek, 18 maart 2015, Advocatie.